Auto-immuun hepatitis (AIH) is een relatief weinig voorkomende ontstekingsziekte van de lever. Het is een autoimmuun ziekte, hetgeen betekent dat het eigen afweer systeem zich om, vooralsnog onbekende redenen, tegen de lever keert en daar een ontstekingsreactie veroorzaakt.
De ziekte komt bij mensen van alle leeftijden voor, maar de piek valt in de leeftijdsgroep van jong volwassenen vrouwen. Dit is bij veel auto-immuun ziekten het geval. Bij een klein percentage kan de ziekte zich acuut kan openbaren, met hevige ontsteking en geelzucht. Meestal echter is er sprake van vage verschijnselen zoals vermoeidheid, of per toeval gevonden afwijkende leverwaarden (ASAT/ALAT). Door de milde klachten kan de ziekte lang onopgemerkt blijven, waardoor diagnose pas wordt gesteld wanneer er complicaties optreden en de lever al ernstig aangetast is.
De diagnose kan worden gesteld op grond van een combinatie van klachten en verschijnselen, de aanwezigheid van bepaalde auto-antilichamen (afweercellen tegen lichaamseigen eiwitten), het uitsluiten van andere leverziekten, en een specifiek beeld bij een leverbiopsie.
Zonder behandeling leidt AIH tot levercirrose (verlittekening) en uiteindelijk uitval van de lever. De 5-jaars overleving bij niet behandelde AIH is zo’n 20%.
Gelukkig kan de ontsteking in zo’n 90% van de patiënten goed onderdrukt worden middels een combinatietherapie van prednison en azathioprine. Beide medicijnen onderdrukken het afweersysteem, waardoor de reactie tegen de lever afneemt. Wanneer de behandeling aanslaat kan worden overwogen op enig moment te stoppen met de medicatie. De kans is echter aanzienlijk dat de ziekte dan toch weer de kop op steekt. Als dat gebeurt, betekent dit doorgaans dat de behandeling levenslang moet worden doorgezet.
Hoewel de behandeling de ontstekingsreactie tegen de lever meestal goed kan onderdrukken, heeft het gebruik wel een aantal bijwerkingen. Prednison heeft als belangrijke bijwerkingen botontkalking en het dunner worden van de huid. De botontkalking kan goed worden behandeld, het dunner worden van de huid helaas niet. Bij langer gebruik van hoge doseringen kunnen ook een ‘vollemaansgezicht’ en suikerziekte (in daarvoor gevoelige mensen) optreden. Gebruik van dermate hoge doseringen is voor AIH patiënten ongebruikelijk. Azathioprine geeft meestal geen problemen. Een kleine groep mensen heeft een defect in het enzym dat verantwoordelijk is voor de omzetting van azathioprine. Doordat het middel hierdoor niet goed kan worden omgezet, ervaren zij bij gebruik wel klachten, zoals misselijkheid, hevig braken en buikpijn.